Ecole de Musique
Een oud klooster in Normandië kreeg een nieuw leven als muziekschool. Moderne toevoegingen maken een gebouw uit een ander tijdperk schitterend bruikbaar. Reflecties in een vliesgevel vervolmaken overdag de contouren van de historie, maar ’s nachts verleiden stille silhouetten van muzikanten, de nietsvermoedende voorbijganger.
Compositie in steen en spiegelglas
Nieuw leven schenken aan historische gebouwen en plekken in de stad is een dankbare maar bijna per definitie precaire opgave: het bewaren van tastbare geschiedenis is vaak moeilijk te rijmen met de eisen die een moderne samenleving aan haar gebouwde omgeving stelt. Vanuit cultuurhistorisch oogpunt is het vaak wenselijk zo min mogelijk in te grijpen terwijl modern gebruik vaak een indrukwekkend eisenpakket meebrengt - zeker als de beoogde functie zeer hoge gebruiks- en kwaliteitseisen aan haar behuizing stelt. Het Franse architectenbureau Opus 5 kreeg een dergelijk ingewikkelde opdracht: een uitbreiding van een muziekschool, gehuisvest in een vervallen en in onbruik geraakt kloostercomplex. Naast het architectonische vraagstuk van middeleeuws monument versus hedendaagse concertzaal lijkt het gevraagde nieuwe programma bovendien onmogelijk te passen binnen de grenzen van het kloosterkavel. Het is een opgave waarin alle complexiteit van conserveren, renoveren en moderniseren is terug te vinden maar de gekozen oplossingen worden, bijna verrassend, nergens halve maatregelen en slechte compromissen: het gebouw is een geslaagd voorbeeld van gedurfde en ingrijpende renovatie. De nieuwe functie is omsloten door een tweevormige schil: in de nieuwe-oude Ecole de Musique van Louviers vinden geschiedenis en moderniteit elkaar in een dialoog van zowel scherp contrast als eerbiedige omhelzing.
Historie versus performance
Plaats van handeling is een oud Franciscaner klooster uit de zeventiende eeuw in het centrum van de kleine stad Louviers, ongeveer honderd kilometer ten noordwesten van Parijs. Het is een bescheiden stenen gebouw dat naast en over het riviertje de Eure is gebouwd. Het stromende water is te zien in een rechthoekig gat waar men normaliter een binnenplaats verwacht. Naast de centrale kerk uit de dertiende eeuw is het klooster een van de belangrijkste (historische) gebouwen in het stadscentrum, hoewel het lange perioden leegstond en dus niet altijd een actieve rol in de stad heeft gespeeld. Het gebouw kent een rijke geschiedenis: behalve als klooster hebben delen van het gebouw ook dienst gedaan als gevangenis en rechtszaal. Vanaf het begin van de negentiende eeuw verloor het gebouw echter langzaam haar functie in de stad. Eerst werd het kerkgedeelte dat de rechtszaal huisvestte afgebroken en een kleine eeuw later sloot ook de gevangenis. Het gebouw raakte in verval totdat het in 1990 opnieuw in gebruik werd genomen als muziekschool. Deze ontgroeide echter al snel de bescheiden en in slechte staat verkerende schil. Er werd een ambitieus uitbreidingsvraagstuk geformuleerd: de wens is om vierentwintig klaslokalen en een (bescheiden) concertzaal toe te voegen aan het complex.
Het volledige artikel is gepubliceerd in Bouwformatie Magazine | Maart 2014 | Thema: Renovatie
Oplevering | 2012 |
Projectteam | Bruno Decaris, Agnès Pontremoli en Pierre Tisserand |
Opdrachtgever | Ville de Louviers |